RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
De Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft onlangs in navolging van het betoog van mr. J.M.S. (Jan Willem) Nass geoordeeld dat zijn cliënt recht heeft op een kostenvergoeding voor de gemaakte kosten voor het indienen van bezwaar en beroep tegen een onjuiste belastingaanslag. Tevens heeft zijn cliënt recht op een aanvullende immateriële schadevergoeding.
Samenvatting
Belanghebbende diende een aangifte inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen 2013 en 2014 in en gebruikte daarbij de term WAO voor een UWV-uitkering op basis van de toeslagenwet. Dat heeft bij de aanslagregeling gevolgen voor de premieberekening volksverzekeringen. De inspecteur is vervolgens gedeeltelijk tegemoetgekomen aan het daaropvolgende bezwaar, maar heeft geweigerd een kostenvergoeding voor de bezwaarfase te geven. Mr. J.M.S. Nass heeft namens belanghebbende beroep ingesteld bij de rechtbank.
De Rechtbank Zeeland-West-Brabant stelt vast dat de onjuiste aanslagregeling ook is te wijten aan de inspecteur omdat een renseignering (=de verplichting van het UWV om fiscaal relevante gegevens te verstrekken aan de Belastingdienst) van de UWV-uitkering extra licht werpt op de feiten.
De rechtbank heeft geoordeeld dat daarom de vermindering van de aanslag in bezwaar is te wijten aan een door de inspecteur te wijten onrechtmatigheid. Belanghebbende krijgt een kostenvergoeding voor de bezwaarfase en de beroepsfase en een immateriële schadevergoeding wegens de overschrijding van de redelijke behandeltermijn.
Een mooi resultaat! Benieuwd naar de gehele uitspraak? Deze vindt u hier.
Bent u ook in aanraking gekomen met een volgens u onjuiste belastingaanslag? Kijk voor meer informatie op deze pagina of neem contact met ons op.